Kruiskozijn
Een kruiskozijn is een venster dat in vieren is verdeeld middels een kruis en bevindt dat zich exact in het midden. Het kozijn wordt dus zowel horizontaal als verticaal exact in het midden gescheiden. De scheidingsstukken worden ook wel een middenstijl (het verticale scheidstuk) en een tussendorpel (het horizontale scheidstuk) genoemd. Andere woorden hiervoor zijn de 'penant' of 'muurdam' voor de verticale balk (die het venster als verticale afscheiding in tweeën splitst). Men gaat er vanuit dat dit een Vlaamse benaming is voor de tussenstijl. Met het kalf duidt men de liggende balk aan die voor de horizontale splitsing in het kozijn zorgt. Verder is er nog een 'negblok' of 'neggenblok', waarmee men de wat grotere stenen bedoelt die telkens tussen de kleinere stenen in de omlijsting van het kozijn worden gebruikt.
Kruiskozijn met 1) kalf 2) latei 3) penant 4) negblok en 5) dorpel
Door LukVL op de Nederlandstalige Wikipedia, CC BY-SA 3.0, Link
Waar worden kruiskozijnen voor gebruikt?
De toepassingen van kruiskozijnen zijn langzaam maar zeker weggeëbd. Tegenwoordig worden kruiskozijnen nauwelijks nog gebruikt en is het vooral onderdeel van een bouwstijl die bij oudere gebouwen is terug te zien. Voor nieuwbouw zul je nauwelijks nog kruiskozijnen tegenkomen; ze geven panden echt een ouderwets en authentiek uiterlijk zonder dat op comfort moet worden ingeleverd.